Europese vastgoedprijzen hebben gemiddeld de eerste daling in meer dan tien jaar gekend. De prijs van huizen in Groot-Brittannië is bijvoorbeeld het hoogste niveau in veertien jaar gedaald. In Duitsland hebben de vastgoedprijzen de grootste daling op jaarbasis sinds 2000 geregistreerd. De Oostenrijkse thuismarkt ondergaat ook een grote daling; ook in Denemarken zijn de vastgoedprijzen met 7,6 procent gedaald, en in Zweden zijn ze met 6,8 procent gedaald. procent. De prijs van woningen in de aangrenzende Europese landen daalde in het tweede kwartaal van 2023 met 1,7 procent op jaarbasis, volgens gegevens van Eurostat die in de Spaanse pers werden geciteerd. Spanje trotseerde deze trend echter met een stijging van de huizenprijzen van 3,7 procent in het laatste kwartaal, en van 5,5% ten opzichte van vorig jaar.
In Spanje kende de eerste helft van het jaar een stijging van de vastgoedprijzen met ruim 6%, en de markt kende negen kwartalen op rij stijgingen van ruim 3%. Vastgoedanalisten hebben echter een kleine tegenstrijdigheid op de Spaanse markt ontdekt: deze gestage prijsstijgingen vallen samen met een algemene daling van het verkoopvolume. Er zijn verschillende verklaringen naar voren gebracht, waaronder de sterke demografische situatie van gepensioneerden die hun Noord-Europese eigendommen verkopen om in Spanje te kopen, en vooral in Andalusië en de kustgebieden. Dit wordt ondersteund door gegevens van het Spaanse statistiekbureau (INE.es), waaruit blijkt dat veel van de aankopen steeds vaker door buitenlanders worden gedaan en met contant geld (hypotheekaanvragen vertonen een dalende trend).
Het weer, de levensstijl en het sociale evenwicht in Spanje lijken voortdurend kopers aan te trekken, ongeacht economische en politieke factoren.